Ik ben net vader geworden en heb daarnaast een peetzoon met een meervoudige beperking. Hij is een supertoffe kerel met een aanstekelijke energie. Wanneer ik en de mensen om hem heen hem zien worden ze meteen vrolijk. Ik heb hem leren kennen op een naschoolse opvang voor kinderen met een meervoudige beperking waar ik werkte. De aanpak die ik voor hem had sloeg bij hem aan en later ook bij zijn moeder. We bouwden een sterke band op. Nadat ik een nieuwe baan aangeboden kreeg vroeg zijn moeder mij om af en toe langs te komen voor hem. Dit is uitgebloeid tot een sterke familieband.
Ik ben opgegroeid in de Bijlmer: de wijk die door veel mensen als heftig wordt ervaren. Voor mij is het de mooiste wijk van Amsterdam. Er wonen mensen met prachtige verhalen, ook al ervaren ze dat niet allemaal zo door hun huidige situatie. Het is een intense wijk, dat zeker, maar dat zorgt tegelijkertijd voor saamhorigheid. Mensen staan voor je klaar als dat nodig is. Ik heb veel heftigheid gezien, maar ik heb het geluk gehad dat het altijd een beetje langs mij gegaan is. Soms heb ik het imposter-syndroom. Je weet wel, dat je eigenlijk niet mee mag praten, omdat ik wel midden in de buurt woon, maar niet de zelfde dingen mee maak als die van mijn buurtgenoten of anders ervaar. Ik heb inmiddels geleerd dat een passende afstand ook juist een goed iets kan zijn en zet dat nu in als een kracht.
Ik kom uit een grote familie van verzorgers en hulpverleners. Mijn ouders hebben het gezin soms onder lastige omstandigheden goed bij elkaar gehouden. Zij hebben ervoor gezorgd dat de spanningen die er tussen hen was nooit op ons als kinderen werd overgedragen. Mijn moeder werkt met kinderen op een voorschoolse opvang. Mijn vader heeft ook een sociaal hart: naast zijn werk, maakt hij muziek met dak- en thuislozen. Mijn twee broertjes en ik werken allemaal in de hulpverlening. Mijn broertje heeft eerder al meegedaan aan ADAMAS. En mijn andere broertje doet aan de volgende editie mee.
Ik werk in de jeugdzorg op een crisisgroep in Landsmeer. Het gaat vaak om acute situaties binnen een gezin waar niet direct een oplossing voor te vinden is. Die tieners komen dan bij ons op de groep terwijl er wordt uitgezocht wat ervoor nodig is om weer terug te kunnen keren naar het gezin, zonder dat het weer escaleert. Ideaal is dat iemand na een maand weer weer thuis is, maar soms is terugkeer helaas geen optie. Vaak gaat het om spanningen die al jarenlang spelen binnen het gezin, omdat er niet tijdig om hulp gevraagd wordt of omdat de hulp die geboden wordt niet bij het gezin past. De spanningen zijn dan zo opgelopen dat het uiteindelijk escaleert. Dan moet er heel wat gebeuren voor terugkeer naar huis mogelijk is.
Ik heb affiniteit met de doelgroep. Ik weet hoe je kunt aansluiten en hoe absoluut niet. Ik weet ook hoe belangrijk het is om jongeren perspectief te bieden. Ik werk nu met jongens en meiden tussen de 12 en 18 jaar. Ik kan redelijk snel zien waar iemands krachten liggen en welke obstakels er zijn. Ik blijf net zo lang naast iemand staan totdat die obstakels zijn weggenomen. Ik denk dat ik een rust uitstraal waar jongeren zich door op hun gemak voelen. Dan heb je al snel een krachtige vertrouwensband. En je moet verbanden kunnen leggen; het grotere plaatje zien waar de problemen uit ontstaan.
Wat ik interessant vond aan de opleiding van ADAMAS is dat je niet alleen kennis krijgt van psychologische aspecten, maar ook inzichten krijgt in familiebanden en hoe die werken. Daar heb ik veel inzichten uit opgedaan die ik kan inzetten in mijn werk.
We hebben in het programma veel aandacht besteed aan de impact van trauma. Ik ben bij ADAMAS gaan ervaren hoe trauma doorwerkt in je lichaam. Als hulpverlener moeten we niet alleen maar praten, maar ook zorgen dat iemand zich veilig in zijn lijf voelt, dat iemand rust ervaart en overzicht krijgt. De gastsprekers die tijdens de opleiding langskwamen, hadden sterke verhalen over hoe trauma bij ze heeft doorgewerkt. Ze maakten duidelijk: als je spanning in je lijf voelt en die niet kan uitten, dan ga je die spanning in de buitenwereld botvieren.
Ik wil bij ADAMAS een podcast maken over de impact van trauma. Zodat we nog meer kunnen leren van elkaars verhalen. Een naam voor de podcast heb ik ook al: ‘Er is rijst thuis, maar ook trauma.’ De zin “Er is rijst thuis” werd vaak door onze moeders gebruikt als we wat lekkers op straat wilde eten, maar we eigenlijk het geld er niet voor hadden, plus waarom zou ik hier eten kopen, als wat ik thuis heb beter is!? Vaak is wat we thuis hebben qua eten ook daadwerkelijk beter, maar gaat dat gepaard met onderliggende pijn/trauma’s waar niet over gesproken wordt, waardoor het eten van de straat steeds aantrekkelijker wordt.
Met de Podcast wil ik mijn gasten uitdagen om samen met mij hun “vuile was” op te hangen en hun verhaal te delen, om zo het stigma dat “het zwak is je kwetsbaar op te stellen en je pijn te delen” Amsterdam uit te helpen.
De eerste gesprekken met professionele podcastmakers hebben we al gehad. Nu gaan we de pilot opnemen. Jullie gaan nog lang van me horen!
“Van buiten lijkt het mooi, maar we zijn allemaal beschadigd” - Idaly