Toen ik een jaar of twaalf was werd ik buurtbemiddelaar in Zuid-Oost. Ik werd ingeschakeld bij ruzies tussen voetballende jongens uit de buurt en een zestigjarige buurman waarbij de bal steeds over de schutting geschopt werd. Ik probeerde beide partijen bewust te maken van de andere kant. Als je begrijpt hoe een ander denkt, dan zie je ook dat de intentie van die ander vaak niet zo is zoals je hem zelf had bedacht.
Ik heb altijd een groot inlevingsvermogen gehad, ik kan vaak goed aanvoelen wat en waarom iemand iets voelt, voordat het me verteld wordt. Ik ben opgegroeid als enig kind, pas op latere leeftijd kwam ik met mijn broer en zussen in contact. Alle aandacht was altijd naar mij toe gegaan, toen moest ik die aandacht ineens delen. Ik werd door iedereen gezien als het lievelingetje. Tot ik dacht: zet de spotlight maar op een ander. Ik ging in de schaduw leven om anderen de kans te geven om te shinen. Ik kwam er pas veel later achter dat ik misschien te veel had weggegeven, dat het goed is om jezelf ook de ruimte te geven en dat je een ander daar zelfs iets mee geeft. Nu ik mezelf niet meer wegcijfer, reageren anderen daar alleen maar positief op.
Samen met een neef begon ik al jong met beats maken, hij was rapper. We zouden samen een nummer maken, maar hij overleed voordat we die belofte konden waarmaken. Ik ben daardoor zelf keihard gaan werken aan mijn muziek. Mijn artiestennaam DJ Quintern, is een ode aan zijn naam Quincy. Het liet me zien dat je nooit moet wachten met de dingen die je wilt doen. Alles wat ik nu doe in de muziekwereld doe ik nog steeds met hem.
Ik ging optreden als DJ en merkte dat mensen op het podium veel oog krijgen van jongeren. Die kracht wilde ik gebruiken. Om te connecten met jongeren, om ze te helpen bij problemen en ze te inspireren. In de Urban scene wordt heel negatief gepraat over vrouwen en geld. Ik toon een andere kant, van liefde en respect, een leven waarin geld niet het belangrijkst is. Jongeren hebben behoefte aan nieuwe verhalen, ze nemen die teksten weer van me over.
Tijdens de ADAMAS-opleiding zag ik dat bepaalde dingen die ik altijd zag als zwakte eigenlijk mijn sterke punten zijn. Ik vind mezelf veel te lief, maar zie dat nu als een kracht. Ik word nooit boos om dingen waar anderen boos om worden. Ik dacht lange tijd dat ik gevoelloos was, ook omdat mensen in mijn omgeving zich afvroegen waarom niks mij raakte. Maar door alle inzichten in psychologie en groepsdynamieken zie ik nu dat als je echt wil begrijpen hoe een ander denkt, dat heel veel heftige emoties dan wegvallen. Als je je kan inleven in een ander, dan word je niet snel boos. Er was een opdracht waarin familiebanden werden onderzocht. Ik speelde daarin iemand anders broer, in een situatie die op de mijne leek. Ineens voelde ik wèl emotie, via het verhaal van een ander. In een andere oefening werd ik me er bewust van hoe vaak we dingen met een omweg of strategie doen, terwijl we bij jongeren beter direct kunnen zijn. Dat maakt alles makkelijker. Niet steeds bezig zijn met wat je opdracht is, maar met wat voor de persoon het best is.
Mijn droom is om een ondernemerscentrum op te zetten voor de jeugd in Zuid-Oost. Een plek waar ondernemerschap centraal staat, waar jongeren een eigen kantoorruimte of muziekstudio kunnen huren, met een gym, waar ze kunnen werken aan een positieve mind-set. Bij ADAMAS heb ik er een netwerk bij gekregen van credible messengers en anderen die kunnen helpen met die droom om een veilige en mooie plek voor jongeren te creëren.